Licht op binnenklimaat
Beginnen bij de architect
Iedereen in het onderwijs onderkent het belang van een gezond binnenklimaat. Het bevordert de prestaties van leerlingen en medewerkers, reduceert het verzuim én scheelt enorm in de energielasten. Bij het optimaliseren van het binnenklimaat zit helaas vaak nog een zekere verzuiling in de weg. De architect levert het voorlopig ontwerp, waarna de adviseur zich over het binnenklimaat buigt. Een gemiste kans vinden wij, omdat je als architect voor 80% de kwaliteit van het binnenklimaat kunt bepalen.
Integraal ontwerpen geeft een beter resultaat
Als je voorlopig ontwerp en de technische uitwerking afzonderlijk benadert, ben je over het algemeen te laat om tot een werkelijk optimale oplossing te komen. Als op het zuiden bijvoorbeeld een groepsruimte met te veel glas is voorzien, kan de adviseur alleen nog ‘brandjes blussen’ met behulp van technische voorzieningen. Dat kost onnodig geld en energie, terwijl we met de juiste keuzes in het ontwerp een veel hoger rendement kunnen halen. Vanuit dat besef zijn wij gaan werken aan een integrale ontwerpmethodiek, waarin met name de juiste hoofdopzet van een schoolgebouw essentieel blijkt. Als de basiscondities goed zijn, kunnen we met relatief eenvoudige installaties een optimaal binnenklimaat creëren. Dat betekent dus lagere investerings- en onderhoudskosten. Verder houden we uiteraard rekening met de positionering van functionaliteiten en selecteren we materialen die bijdragen aan de beheersbaarheid van het binnenklimaat.
Belang van daglicht vaak onderbelicht
In discussies over het binnenklimaat in onderwijsgebouwen gaat het vooral over de luchtkwaliteit. Ook in overheidsregelingen speelt daglicht een ondergeschikte rol. Begrijpelijk, want daglicht gaat vaak gepaard met hinderlijk veel warmte of verblinding. Als daglicht echter goed wordt benut, heeft het absoluut een weldadige invloed op het binnenklimaat. Bovendien is daglicht een duurzame lichtbron, waarmee je structureel op energiekosten kunt besparen.